zondag 25 mei 2014

Het paaskuiken.

Titel: Het paaskuiken                    
Uitgeverij: De vier windstreken       
Jaar: 2003
Auteur: Géraldine Elschner
Illustrator: Alexandra Junge
 


 Korte omschrijving van de inhoud:

Kip Hilde die op een prachtige boerderij woont, heeft een ei gelegd en ze zit te broeden. Na drie weken is het kuiken nog niet uit en ze wordt een beetje ongerust. Dan vertelt het kuikentje vanuit zijn ei zijn wens: het wil precies op paaszondag geboren worden. Hilde weet niet wanneer het de paaszondag is. Ze vraagt het aan alle dieren, maar niemand weet het. Ook de hazen niet. Hilde gaat dus naar steenuil Simon. Gelukkig weet hij wel hoe de datum van de Paaszondag uit te rekenen en hij legt het aan Hilde uit. Het kuikentje wacht en als op de feestdag de klokken luiden, komt het ei uit.


-> Het boek “Het paaskuiken” gaat over een kuiken die niet uit zijn ei wil komen tot het Pasen is. Dit verhaal gaat over geduld hebben, wachten en verlangen naar iets. In het verhaal vraagt het kuiken zich af wanneer het precies Pasen is. Zo gaat de moeder op zoek naar de dag van Pasen.

Kwalitatieve beoordeling:
1. VORM:

Als je naar het boekje kijkt dan zie je dat het een slappe kaft heeft en dat het ongeveer de grootte heeft van een A4. Als je naar de prenten kijkt, zie je veel tekst staan, dus is het eerder geschikt voor de oudere kleuters. Er staan veel details op de illustraties waarover er niet wordt gezegd in het verhaal. Maar omgekeerd vertelt de tekst ook meer dan de illustraties. In de prenten zelf zit er humor. Vooral als je kijkt naar de manier waarop de figuren kijken en zijn afgebeeld. Rond de figuren heb je wel een beetje een contour maar die is heel dun en heel zacht. De figuren zijn ingekleurd met harde secondaire kleuren. Het geheel ziet er realistisch romantisch uit en ook wel een beetje impressionistisch. De illustraties zin verspreid over 2 bladzijden en de tekst staat in de prent, vooral voor oudere kleuters. Meestal zie je alles op ooghoogte. Eén keer zie je het uit vogelperspectief en ook 1 keer uit kikvorsperspectief. De prent zelf is vermoedelijk getekend met potlood en ingekleurd met acrylverf.


2. INHOUD:


Naast de vorm heb je ook nog de inhoud van het boek. Een paaskuiken is iets realistisch maar het komt niet direct voor in de leefwereld van de jongste kleuters. En een kuiken dat wacht met uit het ei komen tot Pasen is toch wel opendeurfantasie. Het kuiken, de kip en andere boerderijdieren zijn herkenbaar voor de kleuters. De meesten hieronder zijn nevenpersonages. Er zijn 2 hoofdpersonages en dat zijn het paaskuiken zelf en de mama kip. Het paaskuiken maakt een ontwikkeling door in het verhaal. Hierbij worden de meeste handelingen duidelijk verwoord.

Het verhaal speelt zich af in de schuur wanneer het bijna Pasen is. Er worden een paar sprongen in de tijd gemaakt. Namelijk: de eerste lentedag, 21 maart, eerstvolgende zondag, eerste zaterdag en de dagen van de week. Er is een chronologische en duidelijke opbouw in het verhaal. Het is wel een redelijk lang verhaal en het is wat complexer ook door die tijdsprongen. Maar door de spanning, humor en herhaling in het verhaal is dat helemaal niet erg. De personages zijn wel herkenbaar maar de situaties niet. Het verhaal wordt verteld door een personale verteller en heeft een ABDES-structuur. Dus het is zeker bedoeld voor de oudere kleuters. In de aanvang legt de moederkip een ei. De breuk gebeurt als het ei praat. Het dynamisch moment is wanneer de moeder op zoek gaat naar de datum van Pasen. Het is eindelijk Pasen en het kuiken kruipt uit zijn eischaal (evenwicht). En als slot wordt hij een paaskuiken en kijkt naar de wereld om hem heen.
 
3. TAAL:
 

De woordkeuze is zeker iets voor de 3de kleuterklas. Er zijn veel nieuwe woorden en veel tekst. De meeste nieuwe woorden kunnen de kinderen afleiden uit de context en uit de prenten. Er is geen rijm en geen herhaling aanwezig in de tekst. Het verhaal is geschreven in de tegenwoordige tijd en er worden heel veel dialogen gebruikt.

Door de hoeveelheid tekst, de perspectieven, de tijdsprongen, de structuur, het feit dat de tekst door de illustratie loopt en details in de tekeningen zou ik dit boek zeker nemen voor de oudste kleuters. Dit boek zou ik gebruiken in de 3de kleuterklas.
 
4. VERWERKINGSMOGELIJKHEDEN:
 
Je kan veel richtingen uit met het boek. Ik zou vanuit het BC Pasen vertrekken. Je kan zelf ook kuikentjes in de klas zetten en er ze laten over vertellen. Zo wordt hun taalvaardigheden beter. Je kan ook beeldend gaan werken door ze zelf een kuiken te laten boetseren en die dan na Pasen uit te zetten. Wat ook leuk is is prenten in de juiste volgorde leggen. Zo weet je of ze goed hebben opgelet. Je stimuleert zo hun denken. 




 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten