zaterdag 31 mei 2014

Het luie lieveheersbeestje


Boek: Het luie lieveheersbeestje
Schrijfster: Isobel Finn
Illustraties: Jack Tickle
Uitgeverij: Veltman
Jaar: 2011

Dit is het verhaal van een héél lui lieveheersbeestje. Het liefst sliep ze de hele dag en nacht. Ze wist niet hoe ze moest vliegen. Op een dag wilde ze ergens anders slapen, maar ze wist niet hoe ze dit voor mekaar kon krijgen. Toen een kangoeroe voorbij sprong, sprong ze in de buidel. Maar dit was geen goede slaapplaats. Het volgende dier dat voorbijsloop was een tijger. Maar de tijger maakte te veel lawaai. Toen probeerde ze het bij een krokodil dat voorbij zwom. Maar een krokodil slaat met zijn staart in het water. Tenslotte kwamen nog de aap, de beer en de olifant aan bod. Doordat de olifant moest niezen was het lieveheersbeestje genoodzaakt om te leren vliegen.

De kaft van het boek is in hard karton. Het is gemaakt van zeer stevig materiaal. Op de kaft staat het luie lieveheersbeestje afgebeeld. Dit wekt niet echt nieuwsgierigheid op. Er zijn geen speciale effecten in het boek. Het boekje is ook te verkrijgen met een klein knuffeltje. De illustraties zijn niet echt origineel maar wel aangenaam om naar te kijken. De illustrator maakt gebruik van aangename zachte kleuren. De kaft heeft fellere kleuren dan het midden van het prentenboek. Alle illustraties worden op ooghoogte voorgesteld. De prenten zijn duidelijk en gedetailleerd. Er is geen omkadering van de prenten. De illustraties en het boek zijn veel te klein naar mijn mening.

Het luie lieveheersbeestje is het hoofdpersonage. Het verhaal wordt verteld door een verteller en er zijn geen dialogen in het verhaal.
De figuren zijn herkenbaar voor de kinderen. Het boek heeft niet echt diepgang, maar dit hoeft ook niet voor de jongste kleuters.

Er is zeer weinig tekst in het boekje. De schrijver maakt gebruik van eenvoudige zinnen, op het niveau van de kleuter. Er worden klankrijke woorden gebruikt om de dierengeluiden na te bootsen. Het taalgebruik is alledaags en zeer begrijpbaar voor de peuters. Er komen geen dialogen aan bod.

Het verhaal is zeer geschikt voor de verteltafel, aangezien het verhaal zeer gemakkelijk kan nagespeeld worden met knuffels. Zo kunnen de kleuters het verhaal naspelen met de knuffels. Het prentenboek kan gebruikt worden als de kinderen in het thema ‘kriebeldiertjes’ werken. 

Heksje Mimi op stap met de klas


Boek: Heksje Mimi, op stap met de klas
Schrijfster/Illustrator: Kathleen Amant
Uitgeverij: Clavis
Jaar: 2011

Er bestaan al tal van boekjes rond heksje Mimi. In Heksje Mimi gaat op stap, gaat ze met de hele klas op schooluitstap naar de speeltuin. Daarvoor heeft ze haar speciale rode schoentjes aangetrokken. De heksen doen wat andere kinderen ook doen, alleen dragen ze wel heksenkleren en een heksenhoed. De toverstokken mogen ze niet meedoen, want anders gebeuren er rare dingen. Als ze in de speeltuin aankomen moeten de heksen hun schoentjes afdoen. Als de kinderen terug naar huis willen gaan vindt Mimi haar schoentjes niet meer terug. Haar vriendinnetje Roosje heeft ze aangetrokken. Wanneer ze naar huis gaan, beslissen ze om elk een rode, en elk een witte schoen aan te trekken.

Het boek heeft een harde kaft. Ook de bladen tussenin zijn ietsje harder dan gemiddeld omdat dit een boekje is voor de allerkleinsten (peuters). De hoeken van het boek zijn afgerond.
Het prentenboek heeft felle en warme kleuren. Er zijn weinig details te zien. Op de kaft kan je Mimi al zien in het ballenbad, wat zeker voor nieuwsgierigheid zorgt. Er zijn duidelijke contouren. De figuren in het boek zijn zwart omlijnd. Het boek heeft exact dezelfde stijl als de vorige Mimi-boekjes.
Het is een zeer kort verhaal maar kan mij toch boeien.
De illustraties zijn groot en duidelijk en nemen altijd 2 pagina’s in beslag.
In het boek leren de heksjes delen.
Juf Heksefien en Heksje Mimi zijn de hoofdpersonages in het verhaal. Dit zijn voor de kinderen herkenbare figuren.
Het verhaal roept een beetje spanning op als de schoentjes verdwijnen, maar dit is minimaal.
De woordkeuze is aangepast aan de kleuters. De tekst bestaan uit korte zinnen, met aangepaste woordenschat.
Je vindt er geen rijmen en geen herhalingen. De tekst is eenvoudig en aangepast aan de peuters. Het taalgebruik is alledaags en niet origineel. De dialogen zijn vooral tussen Mimi en Heksefien.
Het verhaal kan aangebracht worden in de klas als men leert over dingen delen. Het boek kan tegelijk gebruikt worden in het thema ‘Heksen’. De kleuters kunnen de schoentjes van Mimi namaken of tekenen tijdens de beeldactiviteit. Het boekje kan aangebracht worden als de peuters voorbereid worden op hun eerste uitstap naar de speeltuin. 

Ik heb het niet gedaan!


Titel: Ik heb het niet gedaan!             Auteur: Tony Ross

Uitgeverij: Memphis Belle                  Illustrator: Tony Ross

Jaar: 2012



Korte omschrijving van de inhoud:             

Als Kleine Prinses in het kasteel rond loopt, begint iedereen haar te beschuldigen van dingen die ze niet gedaan heeft. De vloer die volhangt met modder, de cake die weg is, de bel die verdwenen is, de radijsjes die platgestampt zijn … Kleine Prinses zegt de hele tijd dat ze dit niet gedaan heeft maar niemand gelooft haar. Op het einde komt ze Kleine Prins tegen die haar wel gelooft. Hij is de enige die haar gelooft omdat hij dit allemaal gedaan heeft.

Kwalitatieve beoordeling:

1. VORM
Het boek is voorzien van een stevige kaft en dikker papier. Alle prenten sluiten aan bij de tekst waardoor de kleuters de woorden gemakkelijk begrijpen. De illustrator heeft zijn eigen stijl van tekenen. Hij kleurt bij ieder personage rond de ogen een stuk blauw. Ook zijn er rond de illustraties contouren getekend. Alles is getekend op ooghoogte. De illustraties zijn voldoende groot, ze zijn dan ook telkens op een volledig blad getekend. Rond de tekening is telkens een omkadering aanwezig waar de tekst onder staat.


2. INHOUD
Het verhaal gaat vooral over Kleine Prinses die hier de hoofdrol speelt. De figuren zijn voor de kinderen zeer herkenbaar omdat iedereen anders getekend is. Het boek biedt voldoende identificatiemogelijkheden voor de tweede kleuterklas. De gevoelens die erin voorkomen zijn blij zijn en verdrietig zijn. Het einde van het verhaal is verrassend, ik had zelf niet door dat iemand anders al dat kattenkwaad had uitgehaald. Het verhaal zelf speelt zich af in en rondom het kasteel waar Kleine Prinses woont. Het verhaal eindigt met een happy end.


3. TAAL
De woordkeuze die gebruikt wordt is aangepast aan het tweede kleuter. Er is dan ook een evenwicht tussen verrijkende en begrijpelijke taal. De nieuwe woorden worden meestal duidelijk door de prenten. Het verhaal bevat geen rijm. Er wordt wel gebruik gemaakt van afwisseling in zinsbouw, herhaling, dialogen en de tekst is geschreven in de verleden tijd.


4. VERWERKINGSMOGELIJKHEDEN:
Bij dit boek zou ik samen met de kleuters bespreken hoe het voelt om de hele tijd beschuldigd te worden voor iets wat je niet gedaan hebt. Erna mogen ze schilderen hoe ze zich hierbij zouden voelen.

Hik!


Titel: Hik!                         Auteur: Fiona Rempt

Uitgeverij: Van Goor        Illustrator: Jenny Bakker

Jaar: 2011



Korte omschrijving van de inhoud:

Dit boek gaat over Brom het monster die de hik heeft. Hij probeert er alles aan te doen om er vanaf te geraken zoals ondersteboven gaan staan, eten, water drinken … maar niets helpt. Tot hij moe wordt van het hikken en naar de rivier loopt. In de rivier ziet hij plots een monster en schrikt heel erg. Als hij nog eens goed kijkt, ziet hij dat het monster Brom zelf is maar nu wel zonder hik.

Kwalitatieve beoordeling:

1. VORM
Het boek is voorzien van een harde kaft. De illustraties zijn getekend over de ganse bladzijde en is dus groot genoeg. Alle figuren zijn voorzien van een lichte contour. De illustraties zijn getekend op ooghoogte en soms is er een close-up van genomen. De tekst staat telkens waar ook een illustratie getekend staat.


2. INHOUD
In het boek is er slechts één hoofdpersonage, namelijk Brom het monster. Brom het monster is voor de kinderen een herkenbare figuur omdat hij eruit ziet als een monster. Het boek biedt al voldoende identificatiemogelijkheden voor de eerste kleuterklas. De gevoelens die Brom heeft doorheen het verhaal zijn gefrustreerd zijn, triest zijn en blij zijn. Het verhaal speelt zich af buiten in de natuur en eindigt met een happy end.


3. TAAL
De woordkeuze is aangepast voor de doelgroep van het eerste kleuter. Het verhaal is voorzien van een evenwicht tussen verrijkende taal en van begrijpelijke taal. De woorden van verrijkende taal kunnen soms begrepen worden door het bekijken van de illustraties. In het verhaal wordt er geen gebruik gemaakt van rijm, dialogen of herhaling. Er wordt wel gebruik gemaakt van afwisseling in zinsbouw en de tekst is geschreven in de tegenwoordige tijd.


4. VERWERKINGSMOGELIJKHEDEN:
Bij dit boek zou ik samen met de kinderen bespreken hoe het voelt om de hik te hebben. We zouden de hik eens allemaal samen kunnen nadoen.

Een nacht vol herrie


Titel: Een nacht vol herrie                  Auteur: Josh Selig

Uitgeverij: Unieboek                           Illustrator: Little Airplane Productions

Jaar: 2013



Korte omschrijving van de inhoud:                         

Het boek gaat over Geel en Rood die in de olijfboom wonen. Op een avond wil Geel gaan slapen maar dat gaat niet omdat Rood op zijn tokkelding aan het spelen is. Ze beginnen ruzie te maken waardoor Rood nog harder gaat spelen. Hierdoor wordt Geel nog bozer en zeggen ze niets meer tegen elkaar. Dit duurt tot Rood hoort dat de nacht heel stil is en zachtjes begint te tokkelen. Geel vindt het mooi en rood ook. Zo gebeurt het dat Rood een lief melodietje speel om Geel te laten slapen.

Kwalitatieve beoordeling:

1. VORM
Het boek heeft een stevige kaft, ook de bladeren zijn dikker. De kaft heeft een speelse titel, de letters maken een golfbeweging waardoor speelsheid opgewekt wordt. De prenten zijn sfeerscheppend door de kleuren die aanwezig zijn. De illustraties stimuleren het inlevingsvermogen. Dit komt omdat de prenten zo getekend zijn dat men kan zien hoe Geel en Rood zich voelen. Enkel hetgeen waarover verteld wordt is aanwezig, er zijn zeer weinig details aangebracht. De prenten sluiten aan bij de tekst, er staat getekend wat er gezegd wordt. In het boek zijn overal contouren aanwezig, deze zijn dik aangebracht. Wel zijn er meerdere lijnen naast elkaar aanwezig. De kleuren die aanwezig zijn sluiten helemaal aan bij de sfeer van het boek. De keren dat ze boos zijn op elkaar stralen de prenten boosheid uit, wanneer ze vrienden zijn stralen de prenten vriendelijkheid uit. Alles is voorgesteld vanuit ooghoogte en is groot getekend. Soms is er een close-up van getekend.


2. INHOUD
Het thema van het boek is lief zijn voor elkaar en rekening houden met elkaar. In het boek zijn er twee personages aanwezig die tevens de twee hoofdpersonages zijn. De figuren zijn zeer herkenbaar voor de kinderen omdat het enkel over deze twee personages gaat. De gevoelens die in het verhaal voorkomen zijn boos zijn en blij zijn. Het gehele verhaal speelt zich af in de boom waarin Rood en Geel wonen. Het boek biedt al voldoende identificatiemogelijkheden voor de jongste kleuters en het boek eindigt met een happy end.

3. TAAL
De woordkeuze van het verhaal is aangepast voor kinderen uit het 1ste kleuter. De zinnen bevatten niet veel tekst en geen al te moeilijke woorden. Er is een evenwicht tussen begrijpelijke en verrijkende taal. De nieuwe woorden zijn meestal duidelijk door de prenten te bekijken. Er wordt in het verhaal geen gebruik gemaakt van rijm, van dialogen en ook niet van herhaling. Er wordt wel gebruik gemaakt van afwisseling in zinsbouw en tegenwoordige tijd.


4. VERWERKINGSMOGELIJKHEDEN:
Bij dit boek zou ik de kleuters rond gevoelens laten werken. Ik zou de kinderen aan de ene kant van het blad iets laten schilderen dat ze graag hebben. Aan de andere kant van het blad zou ik de kinderen iets laten schilderen dat ze minder graag hebben. Erna kunnen we dit bespreken en er eventueel een oplossing voor zoeken.

Eefje Donkerblauw


Titel: Eefje Donkerblauw                   Auteur: Geert De Kockere

Uitgeverij: De Eenhoorn                    Illustrator: Lieve Baeten

Jaar: 2012



Korte omschrijving van de inhoud:                                                           

Eefje Donkerblauw is een meisje die erg veel van donkerblauw houdt. Alles in haar huis is dan ook donkerblauw tot ze op een dag Koning Goudgeel tegenkomt die opslag verliefd is op haar. Eefje heeft het in het begin moeilijk om van geel te houden maar na lang oefenen houdt ze van geel maar ook van Koning Goudgeel. Vijf dagen later trouwen ze en krijgen ze samen groene en blauwe kinderen. Dit gaat verder tot er rode, paarse, gele en oranje kinderen zijn die allen samen de regenboog vormen.

Kwalitatieve beoordeling:

1. VORM
Het boek van Eefje Donkerblauw heeft een stevige kaft en is gedrukt op een A4-formaat. Eén rand van het boek is voorzien van stof. De illustraties zijn sfeerscheppend maar ze zijn echter niet getekend over de ganse bladzijde. Op de illustraties zijn er niet veel details aanwezig, enkel hetgeen waarover het gaat staat getekend. Het boek gaat over kleuren dus in het begin wordt er enkel gebruik gemaakt van donkerblauw, erna komt geel erbij en later komen de kleuren groen, rood, paars, geel en oranje erbij.  Alles is realistisch getekend maar in het verhaal komen er wel veel onrealistische dingen in voor zoals een hoofd in de wolken, een zingende vis … Rond de tekening is een contour aanwezig, deze zijn zeer fijn getekend.  Er is ook een omkadering aanwezig, ook deze is zeer fijn getekend. De perspectieven van de prenten zijn getekend op ooghoogte, in vogelperspectief en op laag perspectief.

2. INHOUD
Het boek gaat vooral over kleuren en over verliefd zijn. Niet alle handelingen zijn aanschouwelijk weergegeven bijvoorbeeld donkerblauwe kabouters met gele puntmuts die ze op haar donkerblauwe bed naait, naar beneden stappen, goudgele boterhammen eten met donkerblauwe jam … In het boek is er één hoofdpersonage aanwezig namelijk Eefje Donkerblauw ook speelt Koning Goudgeel een grote rol in het verhaal. Eefje Donkerblauw is een round character omdat ze evolueert. In het begin van het verhaal ziet ze enkel het kleur donkerblauw graag, erna leert ze van geel houden ... Het verhaal speelt zich eerst af in het donkerblauwe huis van Eefje erna op het strand en het verhaal eindigt in en rond het kasteel van Koning Goudgeel. De structuur is niet te complex en er is een happy end aanwezig. Dit boek zou ik aanraden vanaf de tweede kleuterklas.

3. TAAL
De woordkeuze is geschikt voor het tweede kleuter. Er is een evenwicht tussen begrijpelijke taal en verrijkende taal. De nieuwe woorden zijn duidelijk door de prenten en komen soms terug voor in het verhaal. Er is geen rijm aanwezig nog klanknabootsing, verleden tijd of dialogen. Wat er wel aanwezig is, is herhaling en afwisseling in zinsbouw.


4. VERWERKINGSMOGELIJKHEDEN:
Bij dit boek kan er een hele week gewerkt worden rond kleuren. Ik zou de kinderen een personage laten naschilderen uit het boek. Ze moeten wel een personage kiezen dat niet bestaat uit een hoofdkleur. De kleuters mogen dan zelf de kleuren mengen.

De schoenen van Jakob


Titel: De schoenen van Jakob           Auteur: Agnes de Lestrade

Uitgeverij: Lannoo                              Illustrator: Tom Schamp

Jaar: 2010



Korte omschrijving van de inhoud:                          

Jakob is een zeer gekende schoenmaker waarvoor mensen van ver komen om een schoen te kopen. Hij maakte schoenen die ervoor zorgden dat zijn klanten geen misstappen konden begaan. Tot op een avond Sarah binnen stapte en schoenen vroeg om de eerste stappen mee te zetten. Dit was de eerste keer dat Jakob niet wist welke schoenen hij moest maken. Na lang zoeken gaf hij het op en zette hij voor de eerste keer op zijn blote voeten de eerste stappen samen met Sarah.

Kwalitatieve beoordeling:

1. VORM
Het boek heeft een stevige kaft waarop een sierlijk geschreven titel staat. De titel nodigt uit om het prentenboek te lezen. De illustraties zijn zeer sfeervol doordat het kleurrijk is en doordat de prenten zeer groot zijn. De prenten lopen meestal door over twee bladzijden. Ook zijn er veel details te zien. Er is bijvoorbeeld een klein bloemetje getekend in een schoen, vogeltjes op het dak … doordat er zoveel details staan is het zeer leuk om te kijken naar de prenten. Soms zijn de weergaves onrealistisch. Er is bijvoorbeeld een kat geschilderd die even groot is als het raam, een huis gemaakt van een schoen … Dit maakt de prenten ook zeer sfeervol. Het perspectief van de prenten is meestal getekend op ooghoogte maar soms is het ook laag getekend. Rond de illustraties is geen omkadering getekend. De techniek die hierbij gebruikt is is de schildertechniek.

2. INHOUD
De thema’s van dit boek zijn schoenen maken, verliefd zijn en fantasieschoenen. Alle handelingen die in het boek verteld worden, zijn aanschouwelijk weergegeven. Het boek gaat voornamelijk over het hoofdpersonage, Jakob de schoenenmaker. Hij wordt verliefd op Sarah die Jakob voor de eerste keer de eerste stap op zijn blote voeten laat zetten. Het ganse verhaal speelt zich af in de winter, in de schoenenwinkel van Jakob. De identificatiemogelijkheden zijn vooral bedoeld voor de oudste kleuters.  De structuur is duidelijk en niet complex waarbij tevens een happy end aanwezig is.

3. TAAL
De woordkeuze is eerder voor de 3de kleuterklas aangezien er moeilijke woorden instaan zoals: ‘van heinde en ver, dertien in een dozijn, fantasten …’ Er is niet enkel verrijkende taal aanwezig maar de tekst is ook voorzien van begrijpelijke taal. Het verhaal is niet voorzien van een rijm, herhaling of klanknabootsing maar wel van afwisseling in zinsbouw en verleden tijd.


4. VERWERKINGSMOGELIJKHEDEN:
Bij dit boek zou er een week gewerkt kunnen worden rond schoenen. Ik zou ze oude schoenen laten meebrengen en ze deze zelf laten versieren met verf en allerlei andere prulletjes. Erna kunnen ze eens allemaal samen rondstappen met hun zelfgemaakte schoen.


Boekverslagen Channa Maroy: Souwtje



SJABLOON BOEKVERSLAG

Titel: Souwtje              Auteur: Monica Maas
Uitgeverij: De Vier Windstreken        Illustrator: Monica Maas
Jaar: 2012

Korte omschrijving van de inhoud:                                                                                                                                        

Het verhaal gaat over Souwtje die op een eiland woont in haar schuine huisje. De zeehond brengt elke dag post nar Souwtje. Op een dag is er veel storm en wind. Souwtje neemt al haar dieren mee naar binnen. Maar plots hoort Souwtje de zeehond hij wil ook naar binnen. Hij blijft enkele dagen logeren bij Souwtje, hij eet er pannenkoeken, gaat in bad,… Tot hij op een dag terug naar buiten wilt, Souwtje brengt hem ver de zee in met haar rubberboot.
Kwalitatieve beoordeling:

1. VORM
Het boek is heel stevig. De kaft wekt nieuwsgierigheid op, het huisje van Souwtje staat er op. Het is een schuin huis op een klein eilandje, ik denk dat de kinderen hier nieuwsgierig naar zouden zijn. De prenten zijn sfeervol, maar ook zeer gedetailleerd. De kleuters zouden tijd nodig hebben om alles in hen op te nemen. De prenten zijn wel heel mooi en ze ondersteunen ook het verhaal. Ze stimuleren de fantasie en het inlevingsvermogen de kleuters kunnen zich het huis en de zee perfect inbeelden door naar de prenten te kijken.  Er zijn heel wat kleuren aanwezig bij iedere prent, deze passen zeker bij het verhaal. De illustraties zijn groot, maar doordat er zoveel details aanwezig zijn, zijn sommige dingen ook heel klein. De tekst loopt ook door de illustraties.



2. INHOUD
Er is maar een hoofdpersonage: Souwtje. We komen van alles te weten over haar, ze schildert graag, ze houdt van haar huisdieren en ze zorgt er ook goed voor. Het verhaal toont geen nieuwe situatie. Maar het is ook niet alledaags, een meisje die op een heel klein eilandje woont waar haar huisje op staat. Er komen herkenbare gevoelens voor in het boek: bang zijn voor het onweer. Dit zet uiten van reacties wel aan. Hier kan je een kort gesprekje over houden. Het verhaal is niet echt boeiend, er is dus ook geen rijke, originele fantasie aanwezig. Ik vind het verhaal ook iets te lang, ik denk dat je het kan gebruiken als tussendoortje en het in twee of drie momenten te vertellen en niet in één moment.



3. TAAL
De woordkeuze is gepast voor de doelgroep. Er is wel verrijkende taal aanwezig in het boek maar deze worden niet ondersteund door de prenten. Er komt geen ook geen rijm in voor. Er is wel afwisseling van de zinsbouw. In het boek is ook heel wat dialoog aanwezig.

4. VERWERKINGSMOGELIJKHEDEN:
Zoals ik al eerder zei, kan je het boek gebruiken als tussendoortje en het in twee of drie keer vertellen want het is een redelijk lang boek. Het zou passen in het BC: zee.